Tot voor kort was WIP ingebouwd in het NBB-Rekenprogramma (V2.5 - 2.8).
Maar dit is een uitgeklede versie met een aantal enstige gebreken zoals:
- Alle wachttafels, dus rusttafels en combitafels, worden op een hoop gegooid.
Het optimaliseren van de rusttafels is daardoor in principe onmogelijk als er combitafels zijn.
- De wachttafels worden alleen bijgehouden voor de lopende competitieronde.
- Het is niet mogelijk om WIP aan te roepen nadat je een ander schema gekozen hebt.
- Het is onmogelijk een paar vast te houden als het aantal paren oneven is.
- WIP kan niet omgaan met een combi-paar.
De standalone versie van WIP is wel een serieus programma.
Vergeleken met WIP heeft picolo een aantal pluspunten.
- Communicatie met het rekenprogramma grotendeels geautomatiseerd.
Dit geldt overigens alleen voor oudere versies (NBBR ouder dan versie 3, Bridge-It ouder dan versie 5)
- De balans wordt eveneens geoptimaliseerd.
- Betere aanpak van uitzonderingsgevallen: paren buiten mededinging, combiparen,
combitafels, rusttafels.
- Effectieve zoekstrategie.
- Betere resultaten voor de verdeling van directe ontmoetingen.
Op de laatste twee punten is WIP de laatste jaren sterk verbeterd.
We geven hier twee voorbeelden waarin bij het eerste er een duidelijk verschil is. Bij het tweede is het verschil marginaal.
Als eerste voorbeeld, beschouw 2 zittingen voor een groep van 16 paren, met gebruik van het cyclische
schema voor 16 paren, 6 ronden, uit Groot Schemaboek 2002.
Na 2 zittingen heeft ieder paar 12 van de 15 tegenstanders ontmoet.
Tenminste, als het allemaal verschillenden zijn. Dat moet niet zo moeilijk te
bereiken zijn zou je denken, want daar zijn die cyclische schema's speciaal voor
ontworpen. Als je gewoon het vernummeringvoorschrift volgt ben je er al.
WIP krijgt dat niet voor elkaar. Zelfs na 100 miljoen pogingen zijn er
nog steeds 2 paren die elkaar 2 keer tegengekomen zijn.
Maar picolo vindt in een wip een indeling met allemaal verschillende
tegenstanders. In 100 tests was het maximale aantal pogingen nodig om dat te bereiken 43.
Het minimale aantal was 1 poging, gemiddeld ongeveer 12 pogingen.
Het tweede voorbeeld is een aan de praktijk ontleend scenario dat we hebben gebruikt om diverse indelingsmethoden te vergelijken.
Het betreft een lijn van 14 paren, die een competitie van 6 zittingen spelen, met 6 ronden per zitting.
Het aantal aanwezige paren is resp. 12, 11, 10, 14, 12, 13. Het aantal ontmoetingen tussen
iedere 2 paren is dan gemiddeld 2,31. Voor de meeste parencombinaties zal dit dus 2 of 3 zijn,
en het aantal keren dat 1 of minder, en 4 of meer voorkomt willen we zo klein mogelijk hebben.
Er zijn 91 combinaties van 2 paren mogelijk. De volgende tabel toont het aantal hiervan met 0, 1 ... ontmoetingen, bereikt met verschillende
methoden. Voor de eerste 3 kolommen zijn de teamschema's gebruikt. Voor de laatste 2
alternatieve sets schema's, te weten de cyclische schema's
uit het Groot Schemaboek 2002, en de NBB Multiplexschema's 1993, in combinatie met indeling door picolo.
picolo WIP random cyclisch NBB
0 ontmoetingen: 0 0 5.7 0 0
1 ontmoeting: 10.7 11.3 17.7 8.0 8.3
2 ontmoetingen: 42.5 43.0 27.8 47.0 46.4
3 ontmoetingen: 36.9 34.7 25.7 36.0 36.3
4 ontmoetingen: 0.9 2.0 11.0 0 0
5 ontmoetingen: 0 0 3.0 0 0
6 ontmoetingen: 0 0 0.1 0 0
Qo na 6 zittingen 91.92 79.68 93.20 93.09
Qc na 6 zittingen 91.24 87.90 88.41 84.18
Opmerkingen
-
De getallen zijn het gemiddelde over 10 runs. De kolom WIP werd mij toegezonden door Dick Boogaers, auteur van WIP. De overige kolommen zijn berekend met picolo.
Zowel picolo als WIP doen het stukken beter dan een random indeling.
Het verschil tussen WIP en picolo is daarbij zeer klein. Picolo komt iets beter it de verf maar een hard bewijs dat dit algemeen zo is
is dit ene geval natuurlijk niet.
-
De vergelijking tussen de teamschema's en de beide andere sets geeft, voor dit geval, voor de teamschema's een wat minder
resultaat voor de ontmoetingen (Qo), maar een duidelijk betere balans (Qc). De NBB schema's doen wat de balans betreft
zelfs onder voor een random indeling, al moet gezegd worden dat ze voor het eerlijk verdelen van de
ontmoetingen goed uit de bus komen.
- Voor de volledigheid geven we hier wat details van deze test.
de afwezige paren zijn
zitting 1: paar 5 en 8
zitting 2: paar 5, 9, 10
zitting 3: paar 1, 3, 7, 8
zitting 4: geen
zitting 5: paar 2 en 7
zitting 6: paar 14
In de zittingen 2 en 6 is het hoogste paarnummer vacant,
in zitting 2 een rusttafel, in zitting 6 een combitafel.
- Een eerder op deze site gepubliceerde versie van deze test stamde uit 2006. In februari 2019 hebben we een en ander nog eens overgedaan.
Wat picolo betreft is er niet veel veranderd, maar de resultaten van WIP zijn sterk vooruit gegaan.
De behandeling van uitzonderingsgevallen in picolo gebeurt als volgt:
Ontmoetingen met paren buiten mededinging tellen niet mee in de ontmoetingenmatrix en de competitiematrix.
Ontmoetingen met Mixed paren (combiparen) gelden als 2 ontmoetingen, 1 met ieder van de twee
oorspronkelijke paren.
WIP heeft hier geen voorziening
voor, zodat men noodgedwongen een ontmoeting met een van de twee oorspronkelijke paren moet registreren.
Bij combitafels zijn er geen directe ontmoetingen tussen paren van dezelfde lijn. De
indirecte ontmoetingen worden op de gebruikelijke manier meegewogen in de competitiematrix.
Rusttafels worden apart geregistreerd, en bij het optimaliseren wordt de eis opgelegd deze
regelmatig te verdelen over de deelnemers. Bij WIP kan iets soortgelijks gerealiseerd worden door
het invoeren van denkbeeldige deelnemers "Rusttafel" of "Combitafel".
Het aantal tafels dat kan worden vastgehouden voor vooraf bepaalde paren is in picolo niet aan beperkingen onderhevig.
Het "archief" van afgelopen zittingen bestaat bij picolo uit een stel scripts. Vóór het aanmaken
van een nieuwe zitting wordt de voorgeschiedenis gereconstrueerd door deze scripts opnieuw uit te
voeren. Dat betekent ook dat correcties in vorige zittingen eenvoudig kunnen worden aangebracht door
zo'n script te bewerken.
Klik hier voor de picolo homepage .